Beginpagina Hoofdstuk 15. Kennismigranten
De partners van deze website verlenen juridische en zakelijke diensten aan zowel Nederlandse als Internationale ondernemingen. Business Legal Consultancy vormt een marketing- en communicatieverlengstuk van de partners voor het verlenen van juridisch en zakelijk advies alsmede bijstand aan nationaal en internationaal opererende bedrijven.

Hoofdstuk 15. Kennismigranten

Hoofdstuk 15. Kennismigranten

§1. Inleiding

Dit hoofdstuk regelt het verblijf van vreemdelingen die als kennismigrant een bijdrage leveren aan de Nederlandse kenniseconomie. Het betreft dus vreemdelingen die verblijf als kennismigrant beogen dan wel in het bezit zijn van een verblijfsvergunning onder de beperking ˜verblijf als kennismigrant. Vreemdelingen die arbeid in loondienst, anders dan als kennismigrant, of arbeid als zelfstandige verrichten, vallen onder het bepaalde in B5.

In aanvulling op de algemene voorwaarden voor de verlening van een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd genoemd in B1/4, gelden voor de verlening van een verblijfsvergunning onder de beperking ˜verblijf als kennismigrant de in dit hoofdstuk neergelegde bijzondere voorwaarden, zoals het overleggen van een verklaring door de werkgever (zie B15/4.1) en het voldoen aan het looncriterium (zie B15/5.1).

§2. Samenhang Vw en de Wav

Het verbod om vreemdelingen zonder TWV te werk te stellen is op grond van artikel 1d van het Besluit uitvoering Wav niet van toepassing op de tewerkstelling van kennismigranten. De kennismigranten wier werkgevers ingevolge artikel 1d van het Besluit uitvoering Wav niet langer hoeven te beschikken over een TWV, kunnen voor de duur van maximaal vijf achtereenvolgende jaren in aanmerking komen voor een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd onder een beperking verband houdend met verblijf als kennismigrant. Deze beperking is opgenomen in artikel 3.4, eerste lid, onder y, van het Vb.

§3. Kennismigranten

Voor de definiлring van kennismigranten is in het Besluit uitvoering Wav gekozen voor een ййnduidig en objectief criterium, namelijk het looncriterium (zie B15/5.1).

Voor bijzondere bepalingen met betrekking tot het looncriterium voor kennismigranten jonger dan dertig jaar wordt verwezen naar B15/5.1. Deze categorie blijft ook na hun dertigste jaar kennismigrant, zolang de kennismigrant in dienst is van dezelfde werkgever en hij een bruto jaarloon verdient, dat tenminste gelijk is aan het geldende looncriterium voor kennismigranten jonger dan dertig jaar.

Voorts worden aangemerkt als kennismigrant vreemdelingen die niet langer dan ййn jaar na het afronden van een hogere beroepsopleiding of een wetenschappelijke studie in Nederland worden tewerkgesteld op basis van een arbeidsovereenkomst of een ambtelijke aanstelling en een bruto jaarloon verdienen dat ten minste gelijk is aan het geldende looncriterium voor afgestudeerde buitenlandse studenten. Voor bijzondere bepalingen met betrekking tot het looncriterium voor afgestudeerde buitenlandse studenten wordt verwezen naar B15/5.1.

Tevens worden aangemerkt als kennismigrant vreemdelingen die in Nederland worden tewerkgesteld in het kader van het doen van wetenschappelijk onderzoek in dienst van een bekostigde of aangewezen onderwijsinstelling of een van overheidswege direct of indirect, geheel of gedeeltelijk bekostigde of gesubsidieerde onderzoeksinstelling, of als arts in opleiding tot specialist bij een door de Medisch Specialisten Registratie Commissie, de Sociaal-Geneeskundigen registratie Commissie of de Huisarts en Verpleeghuisarts Registratie Commissie aangewezen opleidingsinstituut. Voor hen geldt geen looncriterium.

Uitgezonderd van verblijf als kennismigrant zijn beroepssporters in het betaalde voetbal, geestelijke voorgangers en godsdienstleraren, en vreemdelingen die werkzaamheden verrichten die geheel of ten dele bestaan uit het verrichten van seksuele handelingen met derden of voor derden.

Aan vreemdelingen die voldoen aan het looncriterium dan wel aan de kwalificatie van wetenschappelijk onderzoeker of arts in opleiding tot specialist kan verblijf als kennismigrant worden toegestaan mits de werkgever bij wie zij in dienst treden op grond van een ondertekende verklaring (zie bijlage 12a VV), is toegelaten tot de kennismigrantenregeling. Zie voor deze verklaring B15/4.1.

§4. De procedurele aspecten

De toelatingsprocedure met betrekking tot de kennismigranten behelst een versnelde procedure. Dit betekent dat de IND in de regel binnen twee weken na ontvangst van een verzoek om advies of een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning zal beslissen, mits het verzoek of de aanvraag op de voorgeschreven wijze is ingediend, is voorzien van alle vereiste stukken en geen nader onderzoek is vereist. In enkele hierna te noemen gevallen is de behandeltermijn van twee weken niet van toepassing.

4.1. De verklaring van de werkgever (bijlage 12a VV)

Slechts werkgevers die in Nederland gevestigd zijn, kunnen een beroep op de kennismigrantenregeling doen. De regeling is niet van toepassing op werkgevers die in het buitenland gevestigd zijn, tenzij tevens sprake is van een vestiging in Nederland. De verklaring dient steeds door de in Nederland gevestigde werkgever te worden ondertekend.

Om in aanmerking te komen voor de versnelde procedure voor toelating van kennismigranten, dient de werkgever een volledig ingevulde en ondertekende verklaring (zie bijlage 12a VV) in te dienen bij de IND. Het gaat hier om de verklaring, bedoeld in artikel 1d Besluit uitvoering Wav.

In deze verklaring geeft de werkgever garanties met betrekking tot onder meer de volledigheid van het verzoek om advies in verband met de afgifte van een mvv of de aanvraag om een verblijfsvergunning die hij ten behoeve van of namens de kennismigrant indient, het voldoen aan de voorwaarden voor verblijf als kennismigrant door de vreemdeling en het niet ten koste komen van de Nederlandse Staat van het verblijf van kennismigranten. Daarnaast neemt de werkgever de verplichting op zich de IND te informeren zodra de situatie van de werknemer zich wijzigt. Doordat de werkgever een aantal verplichtingen op zich neemt, wordt de IND in staat gesteld de aanvragen om verblijf als kennismigrant via een versnelde procedure af te doen.

Nu de IND zich verplicht tot een versnelde procedure, is het voor de IND van belang om vast te stellen of het aannemelijk is dat de werkgever de verplichtingen die hij in de verklaring (zie artikel 3.25a VV) aangaat, ook daadwerkelijk zal (kunnen) nakomen. Daarom dient de werkgever bij de verklaring steeds de volgende stukken te overleggen:

een bewijs van inschrijving in het Handelsregister, niet ouder dan dertig dagen, verstrekt door de Kamer van Koophandel dan wel een bewijs waaruit blijkt dat inschrijving in het Handelsregister niet verplicht is;

(indien van toepassing) een bewijs dat het een bekostigde of aangewezen onderwijsinstelling of een van overheidswege direct of indirect, geheel of gedeeltelijk bekostigde of gesubsidieerde onderzoeksinstelling betreft;

een verklaring van betalingsgedrag, afgegeven door de Belastingdienst.

Als de werkgever verzuimt deze stukken samen met de verklaring te overleggen, worden deze ten behoeve van een versnelde behandeling van verzoeken om advies of aanvragen van kennismigranten die de werkgever in dienst wil nemen, alsnog overgelegd bij het eerste verzoek om advies in verband met de afgifte van een mvv of bij de eerste aanvraag ter verlening van een verblijfsvergunning. De – alsnog – overgelegde stukken worden bij de beoordeling van het verzoek om advies of de verblijfsaanvraag betrokken.

Als de stukken niet of niet volledig zijn overgelegd dan wel de inhoud van de stukken daartoe aanleiding geeft, kan de IND nader onderzoek (laten) doen naar de werkgever. De gebruikelijke behandeltermijn van twee weken is in het geval van nader onderzoek niet van toepassing.

Van startende ondernemingen kan niet worden verwacht dat zij een verklaring omtrent betalingsgedrag, afgegeven door de Belastingdienst, overleggen, aangezien het bedrijf nog geen (belasting) verleden in Nederland heeft. Verblijf als kennismigrant bij startende ondernemingen is evenwel mogelijk in de navolgende situaties en onder de daarbij genoemde voorwaarden. Verblijf als kennismigrant kan worden toegestaan bij:

startende vestigingen van bedrijven die onderdeel vormen van een buitenlands bedrijf. Bij de af te geven verklaring in het kader van de kennismigrantenregeling dient door het bedrijf tevens een verklaring van bekendheid te worden overgelegd, afgegeven door de Directie Buitenlandse Investeringen in Nederland, onderdeel van het ministerie van EZ. Deze verklaring wordt door DBIN uitsluitend afgegeven aan bedrijven die bij Directie Buitenlandse Investeringen in Nederland (voluit) bekend zijn en die tot vestiging in Nederland hebben besloten;

zogenaamde technostarters. Het bedrijf dient aan de hand van het verleende certificaat te tonen dat aan het bedrijf het Technopartnerlabel is verstrekt;

andere startende ondernemingen dan de bovengenoemde, dan wel bij bedrijven die niet eerder vast personeel in dienst hebben gehad, en die om die reden niet aan de hand van bovenstaande bescheiden goed werkgeverschap in het verleden kunnen aantonen. Het bedrijf in kwestie moet aan de hand van bewijsstukken aan kunnen tonen dat de financiлle positie van het bedrijf zodanig is dat de verplichtingen jegens een vreemdeling die verblijf bij het bedrijf als kennismigrant heeft en de verplichtingen zoals neergelegd in de door de werkgever af te geven verklaring, zullen kunnen worden nagekomen.

Bij vreemdelingen die een bedrijf uitoefenen op grond van een verblijfsvergunning voor het verrichten van arbeid als zelfstandige, kan verblijf als kennismigrant worden toegestaan. In het geval het bedrijf van deze vreemdeling een startende onderneming is, gelden voor wat betreft verblijf van vreemdelingen als kennismigrant bij dat bedrijf, de hierboven genoemde voorwaarden die van toepassing zijn op startende ondernemingen.

De IND verstrekt een negatief advies aan de werkgever dan wel wijst de aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning af als niet aannemelijk is dat de werkgever de in de overgelegde verklaring neergelegde verplichtingen zal (kunnen) nakomen.

De verklaring kan worden verkregen via de website van de IND, onder de kennismigrantenmodule.

De verklaring dient elektronisch door de werkgever te worden ingevuld. De door de werkgever ingevulde en ondertekende verklaring (de printversie) dient, met de hierboven vermelde stukken, door de werkgever per post te worden verzonden naar het op de verklaring vermelde adres van de IND.

Het loket kennis- en arbeidsmigratie van de IND

Als het loket kennis- en arbeidsmigratie van de IND de volledig ingevulde en ondertekende verklaring, vergezeld van de hierboven genoemde stukken heeft ontvangen, stuurt het loket de werkgever een ontvangstbevestiging. Als de te overleggen stukken geheel of gedeeltelijk ontbreken, wordt de werkgever erop gewezen dat de ontbrekende stukken alsnog in het kader van het eerste verzoek om advies in verband van de afgifte van een mvv dan wel de eerste verblijfsaanvraag dienen te worden overgelegd. Bij de ontvangstbevestiging krijgt de werkgever een toegangscode waarmee hij op de website van de IND toegang krijgt tot:

het formulier ˜Verzoek om advies afgifte mvv kennismigrant;

het aanvraagformulier: ˜Aanvraag verblijfsvergunning kennismigrant;

het aanvraagformulier: ˜Aanvraag verblijfsvergunning of wijziging beperking zonder mvv;

het formulier ˜verzoek om advies voor afgifte van mvv, nareizend gezinslid kennismigrant;

het aanvraagformulier ˜verblijfsvergunning regulier zonder mvv, nareizend gezinslid kennismigrant;

het aanvraagformulier ˜verblijfsvergunning regulier met mvv, nareizend gezinslid kennismigrant.

4.2. Verzoek om advies

De toelatingsprocedure met betrekking tot kennismigranten is bij uitstek een referentprocedure.

Voorafgaande aan de indiening van de aanvraag om een mvv bij de Nederlandse diplomatieke of consulaire vertegenwoordiging in het buitenland dient de werkgever in Nederland door middel van het formulier ˜Verzoek om advies in verband met afgifte mvv kennismigrant te verzoeken om een advies in verband met het voornemen van de kennismigrant om een mvv aan te vragen in het buitenland.

Het verzoek om advies in verband met afgifte mvv kennismigrant

Het aanvraagformulier ˜Verzoek om advies in verband met afgifte mvv kennismigrant wordt door het hoofd IND vastgesteld en wordt alleen via de website van de IND (en wel op de kennismigrantenmodule) ter beschikking gesteld.

De werkgever vult het formulier elektronisch in en verzendt het ingevulde en ondertekende formulier (de printversie), vergezeld van de vereiste stukken, per post naar het loket kennis- en arbeidsmigratie van de IND.

Indien naar aanleiding van een verzoek van de werkgever door de IND een positief advies is verstrekt en de verschuldigde leges zijn betaald, kan aan de vreemdeling in diens land van herkomst of bestendig verblijf door de Nederlandse diplomatieke vertegenwoordiging een mvv worden afgegeven. Het doen van een mvv-aanvraag zonder dat daar een verzoek om adviesprocedure aan vooraf is gegaan, ligt, gelet op het feit dat de toelatingsprocedure bij beoogd verblijf als kennismigrant bij uitstek een referentprocedure is, niet in de rede. Vreemdelingen die zonder voorafgaande referentprocedure een mvv-aanvraag voor verblijf als kennismigrant willen indienen op een Nederlandse diplomatieke vertegenwoordiging in het buitenland, worden er door de vertegenwoordiging op gewezen dat het de voorkeur verdient dat de werkgever bij wie zij verblijf als kennismigrant beogen, een verzoek om advies ter verlening van een mvv aan de vreemdeling indient. Dat leidt slechts uitzondering wanneer in het kader van een door de werkgever gestart verzoek om adviesprocedure negatief door de IND is geadviseerd. De streeftermijn van twee weken is niet van toepassing op deze aanvragen.

Gezinsleden

De werkgever kan namens de gezinsleden, te weten de echtgeno(o)te of (geregistreerd) partner van de vreemdeling die verblijf als kennismigrant beoogt, en hun minderjarige kinderen, verzoeken om afgifte van een mvv aan de gezinsleden. De algemene bepalingen, uitgezonderd de middelen van bestaan, van de hoofdstukken B1 en B2 van de Vreemdelingencirculaire 2000 zijn van toepassing, tenzij navolgend anders is bepaald

De werkgever kan namens de gezinsleden te weten de echtgeno(o)te of (geregistreerd) partner van de kennismigrant en hun minderjarige kinderen, die verblijf in Nederland bij de kennismigrant beogen, verzoeken om afgifte van een mvv. In het geval de gezinsleden tegelijkertijd met de kennismigrant een verzoek om advies doen, dient gebruik gemaakt te worden van het formulier ˜Verzoek om advies in verband met afgifte mvv kennismigrant. In het geval voor de gezinsleden niet gelijktijdig met de kennismigrant een verzoek om advies wordt ingediend, dient gebruik gemaakt te worden van de formulieren voor nareizende gezinsleden. De werkgever kan alleen ten behoeve van de echtgeno(o)t(e) of (geregistreerde) partner, alsmede ten behoeve van de minderjarige kinderen die feitelijk behoren tot het gezin, een verzoek om advies indienen. De algemene bepalingen, uitgezonderd de middelen van bestaan, van B1/4 en B2/2. B2/4 en B2/5 zijn van toepassing, tenzij navolgend anders is bepaald.

4.3. Aanvraag om een verblijfsvergunning

De aanvraag tot verlening van een verblijfsvergunning als kennismigrant wordt door de vreemdeling in persoon dan wel schriftelijk, al of niet door tussenkomst van de werkgever, ingediend bij het Loket kennis- en arbeidsmigratie van de IND, en wel door middel van een aanvraagformulier:

aanvraag verblijfsvergunning kennismigrant of wijziging beperking zonder mvv (zie bijlage 13, onder b, VV); of

aanvraag verblijfsvergunning kennismigrant met mvv (zie bijlage 13b VV).

Het verkrijgen van het aanvraagformulier

Het aanvraagformulier kan worden verkregen via de website van de IND, en wel op de kennismigrantenmodule. Het aanvraagformulier dient elektronisch te worden ingevuld.

De werkgever dient het ingevulde en door de kennismigrant ondertekende aanvraagformulier (de printversie), vergezeld met de vereiste stukken, per post te verzenden naar het Loket kennis- en arbeidsmigratie van de IND.

Als de vreemdeling die verblijf als kennismigrant beoogt, de aanvraag persoonlijk wil indienen bij het Loket kennis- en arbeidsmigratie van de IND, maakt hij daartoe een afspraak met het loket.

Gezinsleden

De werkgever of de vreemdeling die verblijf als kennismigrant beoogt, kan met een aanvraagformulier ter verlening van een verblijfsvergunning voor een kennismigrant, tevens tegelijkertijd een aanvraag doen voor de meegereisde echtgeno(o)t(e) of (geregistreerd) partner en de minderjarige kinderen. Het aanvraagformulier wordt zowel door de vreemdeling die verblijf als kennismigrant beoogt als door de gezinsleden ondertekend.

Als de gezinsleden nareizen nadat de vreemdeling die verblijf als kennismigrant beoogt een aanvraag heeft ingediend, doen deze gezinsleden, zijnde de echtgeno(o)t(e) of (geregistreerd) partner en de minderjarige kinderen, met het daarvoor bestemde aanvraagformulier ter verlening van een verblijfsvergunning regulier voor nareizende gezinsleden, een aanvraag. Voor de behandeling van alle aanvragen van gezinsleden van kennismigranten geldt een streeftermijn van twee weken. Daarbij is de IND afhankelijk van buiten de IND gelegen procedures, zoals de verplichte inschrijving van het huwelijk in de GBA, die moeten zijn afgerond voordat de IND een beslissing kan nemen op de aanvraag.

Wijziging beperking

De beslistermijn van twee weken is tevens van toepassing op aanvragen om wijziging van de beperking waaronder eerder een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd is verleend in de beperking ˜verblijf als kennismigrant. Hierbij kan worden gedacht aan het geval dat een vreemdeling die in het bezit is van een verblijfsvergunning onder de beperking ˜arbeid in loondienst, deze beperking wil wijzigen in de beperking ˜verblijf als kennismigrant.

4.3.1. Leges

Betaling van de door de betrokken vreemdeling(en) verschuldigde leges vindt plaats door de werkgever door middel van een machtiging tot automatische incasso. Deze machtiging wordt door de werkgever bij elke individuele aanvraag afgegeven. Ten behoeve van de automatische incasso geeft de werkgever een Nederlands bankrekeningnummer op. Als de werkgever geen machtiging tot automatische incasso afgeeft bij de aanvraag ontvangt de vreemdeling die verblijf als kennismigrant beoogt een factuur met een acceptgiro van KPMG ter betaling van de verschuldigde leges. De beslistermijn van twee weken is dan niet van toepassing.

4.3.2. TBC-verklaring

Bij de aanvraag om een verblijfsvergunning voegt de kennismigrant, dan wel voegen de kennismigrant en diens gezinsleden, een kopie toe van een ingevuld en ondertekend TBC-formulier (zie bijlage 13 VV). Door ondertekening van de daartoe strekkende verklaring op het TBC-formulier verklaart de kennismigrant zich bereid zijn medewerking te verlenen aan het onderzoek naar TBC aan de ademhalingsorganen alsmede zijn medewerking te verlenen aan behandeling van eventuele TBC. De vreemdeling die verblijf als kennismigrant beoogt meldt zich vervolgens, zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen drie maanden na de datum van indiening van de aanvraag om een verblijfsvergunning, tot de GG&GD voor het ondergaan van een TBC-onderzoek. Hiervoor maakt hij gebruik van het originele TBC-formulier.De onderzoeksarts vult na het onderzoek het formulier in en zendt het naar het juiste kantoor van de IND, dat de aanvraag in behandeling heeft.

Op grond van de ondertekende verklaring op het TBC-formulier kan de verblijfsvergunning worden verleend, indien ook aan de overige voorwaarden wordt voldaan. Achteraf stelt de IND, op basis van opgave door de GG&GD, vast of betrokkene aan de verplichting om een TBC-onderzoek te ondergaan heeft voldaan (zie artikel 3.79 Vb). Indien blijkt dat zulks niet het geval is wordt de vergunning voor verblijf als kennismigrant ingetrokken op grond van het feit dat onjuiste gegevens zijn verstrekt.

Daar waar kennismigrant staat wordt tevens bedoeld diens gezinsleden.

4.3.3. Sticker verblijfsaantekeningen algemeen

De werkgever neemt contact op met het Loket kennis- en arbeidsmigratie van de IND voor een afspraak om ter plaatse van voornoemd loket de sticker ˜verblijfsaantekening algemeen(zie bijlage 7g VV) in het reisdocument van de kennismigrant(en) en eventuele gezinsleden te laten plaatsen. Daartoe meldt de vreemdeling dan wel de werkgever zich met het paspoort van de vreemdeling die verblijf als kennismigrant beoogt, en eventuele gezinsleden, bij het Loket kennis- en arbeidsmigratie van de IND (zie artikel 3.9, derde lid, VV).

Indien de kennismigrant in het bezit is van een mvv wordt op de sticker aangetekend: ˜Arbeid toegestaan; TWV niet vereist. Dit geldt ook voor diens echtgeno(o)t(e) of partner.

Indien de kennismigrant niet over een mvv beschikt wordt de volgende arbeidsmarktaantekening geplaatst: ˜Arbeid niet toegestaan; TWV vereist. Dit geldt ook voor diens echtgeno(o)t(e) of partner.

Daarna dient de vreemdeling zich bij de gemeente, waarin hij woonachtig is, te vervoegen met het oog op inschrijving in de GBA. Afgifte van het verblijfsdocument geschiedt door de IND na de inwilliging van de aanvraag.

Voor de kennismigrant die op grond van artikel 17, eerste lid, onder a, Vw is vrijgesteld van het mvv- vereiste, staat de mogelijkheid open om bij de Nederlandse diplomatieke vertegenwoordiging in het buitenland onverplicht een mvv aan te vragen teneinde zijn verblijfsaanspraak vooraf te laten toetsen (zie B1/4.1.1). De werkgever in Nederland kan voorafgaande aan de indiening van de aanvraag om een mvv middels het formulier ˜Verzoek om advies in verband met afgifte mvv kennismigrant verzoeken om een advies omtrent de afgifte van een mvv (zie B15/4.2).

§5. Looncriterium

5.1. Het looncriterium

Het looncriterium is een bijzondere voorwaarde voor verlening van een verblijfsvergunning voor verblijf als kennismigrant en wordt derhalve onderscheiden van het vereiste duurzaam te beschikken over voldoende zelfstandig verworven middelen van bestaan.

Voor de vreemdeling die verblijf beoogt als kennismigrant gelden looncriteria, te weten een looncriterium voor vreemdelingen die ouder zijn dan dertig jaar, een looncriterium voor vreemdelingen die jonger zijn dan dertig jaar en een looncriterium voor in Nederland afgestudeerde vreemdelingen die in aansluiting op hun studie dan wel gedurende het zoekjaar, werk als kennismigrant vinden. Het looncriterium houdt in dat uit wettelijk toegestane arbeid in loondienst voor ййn en dezelfde werkgever, een bruto jaarloon dient te worden ontvangen ten minste ter hoogte van een bedrag dat jaarlijks door de Minister van SZW wordt vastgesteld. Het looncriterium voor kennismigranten wordt conform het gestelde in artikel 1d, derde lid, van het Besluit tot uitvoering van de Wav (zie paragraaf 21, onderdeel f, inkomenscriterium kennismigranten), jaarlijks met ingang van 1 januari van elk kalenderjaar herzien met de procentuele wijziging van het meest recente indexcijfer van de CAO-lonen, gepubliceerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek. Het inkomenscriterium wordt gepubliceerd in paragraaf 21, onderdeel f, inkomenscriterium kennismigranten van de Uitvoeringsregels Wav.

De vereiste premies en belastingen moeten worden afgedragen.

Op het moment dat een vreemdeling die in het bezit is van een verblijfsvergunning als kennismigrant de leeftijd van dertig jaar bereikt, blijft de vreemdeling, ongeacht de functie die hij vervult, gelet op het gestelde in de toelichting van het Besluit van 28 september 2004 tot wijziging van het Besluit uitvoering Wav voldoen aan de voorwaarden voor verblijf als kennismigrant, mits hij nog steeds voldoet aan de jaarloonbepalingen die voor hem golden bij de eerste verlening van de verblijfsvergunning als kennismigrant en hij niet van werkgever is veranderd. Indien de vreemdeling na het bereiken van het dertigste levensjaar van werkgever verandert en hij verblijf als kennismigrant blijft beogen, dient hij te voldoen aan het jaarloonvereiste voor vreemdelingen van dertig jaar en ouder zoals door de Minister van SZW vastgesteld.

Indien voor een vreemdeling bij de eerste verlening de verblijfsvergunning als kennismigrant het looncriterium voor afgestudeerde buitenlandse studenten geldt, blijft bij wijziging van werkgever en bij de verlenging van de geldigheidsduur van de verblijfsvergunning dit looncriterium van toepassing.

Uitzondering op het looncriterium

Er kan verblijf als kennismigrant worden toegestaan zonder dat hoeft te zijn voldaan aan het looncriterium zoals dat door de Minister van SZW is vastgesteld voor verblijf als kennismigrant, aan wetenschappelijk onderzoekers en aan artsen in opleiding tot specialist. Alsdan geldt het algemene middelenvereiste onverkort (Zie B1/4.3).

5.1.1. Bestanddelen bruto jaarloon

In tegenstelling tot het middelenvereiste wordt bij de beoordeling van het looncriterium uitsluitend betekenis toegekend aan het loon in geld. Het gaat daarbij om het vaste contractueel overeengekomen en in geld vastgestelde bruto loon. De waarde van niet in geld uitgekeerd loon en de waarde van onzekere loonbestanddelen als overwerkvergoedingen, fooien en uitkeringen uit fondsen worden derhalve niet meegeteld. Vaste toeslagen zoals de vakantietoeslag en een dertiende maand kunnen bij dit bruto loon wel worden meegerekend.

5.1.2. Bewijsmiddelen looncriterium

Het beschikken over inkomen uit arbeid in loondienst wordt in het kader van dit beleidsonderdeel aangetoond door het overleggen van:

een afschrift van de arbeidsovereenkomst of het aanstellingsbesluit. In het geval van een aanstelling als wetenschappelijk onderzoeker moet in het aanstellingsbesluit of de arbeidsovereenkomst zijn aangegeven de functieduiding en de functiecode zoals gedefinieerd in het universitair functieordeningssysteem. Verblijf als kennismigrant kan worden toegestaan als het functieprofiel is opgenomen in het universitair functieordeningssysteem onder de functiefamilie ˜onderzoek en onderwijs, herkenbaar door een functiecode beginnend met 01. Indien een onderwijs- of onderzoeksinstelling het universitair functieordeningssysteem niet hanteert wordt aan de hand van een conversietabel die met de Vereniging van Universiteiten en de betrokken instelling is opgesteld beoordeeld of de vreemdeling als wetenschappelijk onderzoeker kan worden aangemerkt. In het aanstellingsbesluit of de arbeidsovereenkomst van deze onderwijs- of onderzoeksinstelling wordt de door de instelling gehanteerde functiecode danwel functiebenaming opgenomen;

indien sprake is van een overplaatsing in concernverband en geen arbeidsovereenkomst wordt aangegaan met het in Nederland gevestigde onderdeel, dient in ieder geval een verklaring van het (moeder)bedrijf in het buitenland en een werkgeversverklaring van het in Nederland gevestigde onderdeel te worden overgelegd. Uit de verklaring van het moederbedrijf dient te blijken voor welke duur de kennismigrant wordt overgeplaatst en de hoogte van het bruto jaarloon;

in het geval van een arts in opleiding tot specialist: een kopie van het bewijs van inschrijving in het opleidingsregister van de Medisch Specialisten Registratie Commissie, de Sociaal-Geneeskundigen Registratie Commissie of de Huisarts en Verpleeghuisarts Registratie Commissie. Aangezien het in de regel niet mogelijk is het bewijs van inschrijving reeds bij het indienen van het verzoek om advies te overleggen zal het verzoek om advies niet worden afgewezen vanwege het ontbreken van het bewijs van inschrijving. Uit het aanstellingsbesluit of de arbeidsovereenkomst zal wel moeten blijken dat betrokkene tewerkgesteld zal worden als arts in opleiding tot specialist. De verblijfsvergunning zal echter pas worden verleend nadat het bewijs van inschrijving in het opleidingsregister is overgelegd.

Indien in het kader van de zogenaamde 30%-regeling een netto jaarloon wordt uitbetaald dat lager is dan het vereiste bruto jaarloon, dient zulks te worden onderbouwd met een door de Belastingdienst afgegeven bewijs van toekenning van de 30% regeling. Daarbij dient vast te staan dat het brutoloon waarop de 30% regeling is toegepast, tenminste gelijk is aan het looncriterium voor verblijf als kennismigrant. Bij de beoordeling van aanvragen om een mvv of een eerste verblijfsvergunning zal in de regel geen rekening gehouden kunnen worden met een eventuele toekenning van de 30% regeling omdat in dat stadium nog geen beschikking van de belastingdienst is afgegeven.

In het geval (ййn van) de in B15/4.1 genoemde bij de verklaring te overleggen stukken niet door de werkgever met de ondertekende verklaring zijn overgelegd, overlegt de werkgever deze alsnog bij het eerste verzoek om advies in verband met de afgifte van een mvv of de eerste verblijfsaanvraag met het oog op een versnelde behandeling en ter beoordeling van de vraag of de werkgever de in het kader van de verklaring aangegane verplichtingen daadwerkelijk zal (kunnen) nakomen.

5.1.3. Kortlopende arbeidsovereenkomsten

Indien de vreemdeling beschikt over een arbeidsovereenkomst voor een kortere duur dan ййn jaar, dient de vreemdeling gedurende de duur van de arbeidsovereenkomst naar rato te voldoen aan het criterium van het bruto jaarloon. De vreemdeling dient derhalve een loon in geld te genieten dat de uitkomst is van de rekensom: geldend looncriterium, gedeeld door twaalf en vermenigvuldigd met het aantal maanden van de arbeidsovereenkomst.

5.2. Zelfstandige, voldoende en duurzame middelen

Indien een vreemdeling voldoet aan het looncriterium wordt zondermeer aangenomen dat hij voldoet aan het vereiste om duurzaam te beschikken over voldoende zelfstandig verworven middelen van bestaan.

5.3. Beroepen in de individuele gezondheidszorg

Voor beroepen in de individuele gezondheidszorg is registratie in het beroepen in de individuele gezondheidszorg register verplicht. Indien een kennismigrant in Nederland een beroep wil uitoefenen waarvoor beroepen in de individuele gezondheidszorg registratie verplicht is, maar niet in het register geregistreerd staat wordt de aanvraag om een verblijfsvergunning of verzoek om advies voor verblijf als kennismigrant afgewezen omdat er geen sprake is van wettelijk toegestane arbeid (zie B15/5.1). Indien aan de beroepen in de individuele gezondheidszorg registratie voorwaarden zijn verbonden betreffende de inhoud van de uitoefening van het beroep, bijvoorbeeld dat bepaalde handelingen slechts onder supervisie verricht mogen worden, wordt de vergunning verleend. Het is de verantwoordelijkheid van de werkgever dat aan de voorwaarden voor de beroepen in de individuele gezondheidszorg registratie wordt voldaan.

§6. Geldigheidsduur van de verblijfsvergunning

De verblijfsvergunning voor verblijf als kennismigrant wordt verleend voor de duur van de arbeidsovereenkomst tot een maximum van vijf jaar.

De verblijfsvergunning kan voor vijf jaar worden verleend als de vreemdeling, die verblijf als kennismigrant beoogt, een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd overlegt. Als de vreemdeling, die verblijf als kennismigrant beoogt, een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd heeft, wordt de verblijfsvergunning voor verblijf als kennismigrant voor ten hoogste de duur van de arbeidsovereenkomst afgegeven (zie artikelen 3.57 en 3.59a Vb).

Als de kennismigrant als arts in opleiding tot specialist staat ingeschreven in een opleidingsregister wordt de verblijfsvergunning verleend voor ten hoogste de duur van de opleiding.

Indien de vreemdeling voor een beperkte periode in het beroepen in de individuele gezondheidszorg register staat geregistreerd wordt de verblijfsvergunning verleend voor de duur van de registratie.

De vreemdeling die in het bezit is gesteld van een verblijfsvergunning als kennismigrant hoeft geen wijziging van de beperking aan te vragen als hij van werkgever verandert mits nog steeds aan de voorwaarden voor verblijf als kennismigrant wordt voldaan.

Gezinsleden

Echtgenoten en partners van kennismigranten krijgen op grond van artikel 3.57 Vb een verblijfsvergunning voor de duur van ййn jaar. Na ййn jaar kan op grond van artikel 3.67, eerste lid, onder a, Vb de verblijfsvergunning worden verlengd voor de duur van vijf jaren (zie B2/9). Voor minderjarige kinderen van kennismigranten wordt tevens verwezen naar het bepaalde in B2/5.

§7. Beperkingen, arbeidsmarktaantekeningen en voorschriften

Beperking

Indien aan de voorwaarden van het bepaalde in dit hoofdstuk wordt voldaan, wordt aan de vreemdeling op grond van artikel 3.4, eerste lid, onder y, Vb een verblijfsvergunning verleend onder de beperking ˜verblijf als kennismigrant.

Arbeidsmarktaantekening

Op het verblijfsdocument wordt de aantekening geplaatst: ˜TWV niet vereist. Andere arbeid niet toegestaan.

De arbeidsmarktaantekening ˜TWV niet vereist. Andere arbeid niet toegestaan houdt in dat een vreemdeling, die in het bezit is van een verblijfsvergunning als kennismigrant, uitsluitend arbeid als kennismigrant mag verrichten.

In het geval de kennismigrant drie onafgebroken jaren in het bezit is geweest van een verblijfsvergunning als kennismigrant en hij daarna wijziging van de beperking in arbeid in loondienst aanvraagt, krijgt hij de arbeidsmarktaantekening ˜Arbeid vrij toegestaan; TWV niet vereist.

Gezinsleden

De verblijfsvergunning aan echtgeno(o)t(e) of geregistreerd partner wordt verleend onder de beperking ˜verblijf bij echtgeno(o)t(e)/geregistreerd)partner/ouder (naam). Arbeid vrij toegestaan. TWV niet vereist. De verblijfsvergunning aan minderjarige kinderen wordt verleend onder de beperking ˜gezinshereniging bij (naam ouder(s)). Arbeid vrij toegestaan. TWV niet vereist.

Voorschriften

Aan de afgifte van de verblijfsvergunning wordt het voorschrift verbonden de verplichting voldoende verzekerd te zijn tegen ziektekosten met inbegrip van de kosten verbonden aan opname en verpleging in een sanatorium of een psychiatrische inrichting.

§8. Wijziging van werkgever, zoekperiode, af- en aanmelding en intrekking

8.1. Wijziging van werkgever

Indien de kennismigrant van werkgever verandert, moet hij nog steeds voldoen aan de voorwaarden voor verblijf als kennismigrant. Op de nieuwe werkgever rust de verplichting aan het loket kennis- en arbeidsmigratie van de IND te melden dat betrokken kennismigrant in dienst is getreden en daarbij de van toepassing zijnde bewijsmiddelen zoals genoemd in B15/5.1.2 te overleggen.

Indien de kennismigrant van werkgever verandert en hij een brutoloon verdient dat beneden het aan kennismigranten te stellen looncriterium ligt of andere werkzaamheden dan die als wetenschappelijk onderzoeker of arts in opleiding tot specialist wil verrichten en/of bij een werkgever in dienst treedt die geen verklaring (zie bijlage 12a VV) in het kader van het kennismigrantenbeleid heeft overgelegd aan de IND, wordt zijn verblijfsvergunning ingetrokken dan wel de aanvraag tot het verlengen van de verblijfsvergunning afgewezen. Indien de vreemdeling nog voor het verrichten van arbeid in loondienst in Nederland wil verblijven, kan hij wijziging van de beperking arbeid in loondienst aanvragen.

8.2. Zoekperiode

Indien de arbeidsovereenkomst van de kennismigrant gedurende de geldigheidsduur van zijn verblijfsvergunning door de werkgever voortijdig wordt ontbonden, zonder dat de kennismigrant daarvan een verwijt kan worden gemaakt, wordt hem een zoektermijn van drie maanden gegund. De werkgever maakt schriftelijk melding van de beлindiging van het dienstverband bij het loket kennis- en arbeidsmigratie van de IND. Vanaf de datum waarop de arbeidsovereenkomst is beлindigd geldt een zoekperiode van drie maanden voor de vreemdeling om een nieuwe functie als kennismigrant te verwerven. Indien de vreemdeling erin slaagt opnieuw werk te vinden als kennismigrant doet de (nieuwe) werkgever daarvan schriftelijk mededeling aan het loket kennis- en arbeidsmigratie van de IND onder overlegging van de van toepassing zijnde bewijsmiddelen zoals genoemd in B15/5.1.2 . In het geval dat de kennismigrant een nieuwe werkgever vindt, dient deze toegelaten te zijn tot de kennismigrantenregeling op grond van een ondertekende verklaring (zie bijlage 12a VV) en dient de vreemdeling te voldoen aan het looncriterium, respectievelijk dient hij een functie als wetenschappelijk onderzoeker dan wel arts in opleiding tot specialist te vervullen. Slaagt de vreemdeling er niet in binnen drie maanden een dergelijke functie te vinden dan wordt zijn verblijfsvergunning ingetrokken.

Indien de zoekperiode van drie maanden zich uitstrekt voorbij de geldigheidsduur van de verblijfsvergunning van de kennismigrant, dient de kennismigrant om verlenging van zijn verblijfsvergunning als kennismigrant te vragen. Bij de behandeling van de aanvraag zal rekening gehouden worden met de (resterende) zoekperiode die de vreemdeling wordt gegund om een functie als kennismigrant te verwerven. Voor deze aanvraag is de gangbare behandeltermijn van twee weken niet van toepassing. Indien de vreemdeling erin slaagt opnieuw werk te vinden als kennismigrant dient de kennismigrant, dan wel diens (nieuwe) werkgever, daarvan schriftelijk melding te doen onder overlegging van de van toepassing zijnde bewijsmiddelen zoals genoemd in B15/5.1.2. In het geval de kennismigrant een nieuwe werkgever vindt, deze is toegelaten tot de kennismigrantenregeling op grond van een ondertekende verklaring (zie bijlage 12a VV) en de vreemdeling voldoet aan het looncriterium, respectievelijk een functie als wetenschappelijk onderzoeker dan wel arts in opleiding tot specialist vervult, kan de verblijfsvergunning voor verblijf als kennismigrant worden verlengd. Vindt de vreemdeling geen baan als kennismigrant dan zal de aanvraag tot verlenging worden afgewezen.

Voor de vreemdeling die als arts in opleiding tot specialist een verblijfsvergunning als kennismigrant aanvraagt geldt dat deze zal worden verleend voor de duur van zijn opleiding. Na beлindiging van zijn opleiding is verlenging van de verblijfsvergunning voor verblijf als kennismigrant slechts mogelijk indien de arts in opleiding tot specialist een andere functie als kennismigrant verwerft. In dat geval dient hij verlenging van de vergunning voor verblijf als kennismigrant aan te vragen.

8.3. Af- en aanmelding, intrekking

Op de vreemdeling rust de verplichting om onmiddellijk aan de Korpschef melding te maken van het feit dat hij niet meer aan de beperking voldoet. Op de werkgever rust de verplichting om de IND schriftelijk in kennis te stellen van het feit dat de kennismigrant niet langer bij deze werkgever werkzaam is, niet langer aan het looncriterium voldoet, of niet langer werkzaamheden als wetenschappelijk onderzoeker of arts in opleiding tot specialist vervult (zie daarvoor ook artikelen 4.41 en 4.43 Vb en A3/7.3.5 en A3/7.3.7).

De verblijfsvergunning onder de beperking ˜verblijf als kennismigrant kan op grond van het bepaalde in artikel 19, Vw, juncto artikel 18 eerste lid, aanhef en onder g, Vw, worden ingetrokken als betrokkene niet meer voldoet aan de voorwaarden van de beperking ˜verblijf als kennismigrant.

§9. Werkloosheid, ziekte en arbeidsongeschiktheid

9.1. Werkloosheid

Werkloosheid is van invloed op de verblijfsrechtelijke positie van kennismigranten die houder zijn van een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd voor verblijf als kennismigrant.

De verblijfsvergunning voor verblijf als kennismigrant wordt ingetrokken in het geval de vreemdeling niet langer werkzaam is als kennismigrant, dat wil zeggen wanneer hij niet langer in dienst is van een werkgever die een verklaring in het kader van het kennismigrantenbeleid heeft afgelegd (zie bijlage 12a VV) en/of niet voldoet aan het aan een kennismigrant te stellen looncriterium of aan de kwalificatie van wetenschappelijk onderzoeker dan wel arts in opleiding tot specialist. Dit is niet het geval wanneer een zoekperiode van drie maanden is toegestaan vanwege niet verwijtbare werkloosheid.

Gedurende de zoekperiode voorziet de kennismigrant zelfstandig in zijn onderhoud. Indien hij gedurende de zoekperiode een beroep doet op publieke middelen kan zijn verblijfsvergunning worden ingetrokken. Indien de kennismigrant werk vindt, maar niet als kennismigrant, dient hij een wijziging van de verblijfsvergunning voor arbeid in loondienst aan te vragen. Daarbij wordt getoetst aan de voor arbeid in loondienst geldende voorwaarden (zie B5).

9.2. Ziekte en arbeidsongeschiktheid

Ziekte en arbeidsongeschiktheid zijn van invloed op de verblijfsrechtelijke positie van kennismigranten. Bij ziekte blijft de kennismigrant aan de voorwaarden voldoen zolang er sprake is van een dienstverband met een werkgever die een verklaring heeft afgelegd in het kader van het kennismigrantenbeleid en hij, hetzij vanwege het ontvangen loon, hetzij op grond van een uitkering, hetzij op grond van een combinatie van beide, aan het loonvereiste blijft voldoen.

Indien een kennismigrant na een periode van ziekte arbeidsongeschikt wordt verklaard, geldt het volgende.

Onder een kennismigrant die arbeidsongeschikt is wordt verstaan de vreemdeling die in het bezit is van een verblijfsvergunning als kennismigrant en die een uitkering uit hoofde van de WAO/WIA geniet. De verblijfsvergunning van de kennismigrant wordt ingetrokken bij volledige arbeidsongeschiktheid. Indien sprake is van gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid (percentage minder dan 80%) en de kennismigrant in dienst blijft bij de werkgever dient hij, op grond van de uitkering uit hoofde van de WAO/WIA en zijn inkomen uit het dienstverband met de werkgever, nog steeds te voldoen aan het looncriterium dat geldt voor verblijf als kennismigrant. Als de kennismigrant gedeeltelijk arbeidsgeschikt is en zijn dienstverband bij de werkgever is beлindigd zonder dat hem daarvan een verwijt kan worden gemaakt, kan hij gebruik maken van de zoekperiode van drie maanden na de datum waarop het dienstverband (voortijdig) is beлindigd. Indien betrokken vreemdeling er niet in slaagt om in die periode werk te vinden waarmee hij voldoet aan de voorwaarden voor verblijf als kennismigrant, wordt de verblijfsvergunning voor verblijf als kennismigrant ingetrokken. Bij de beoordeling of de gedeeltelijk arbeidsongeschikte vreemdeling voldoet aan het looncriterium dat geldt voor verblijf als kennismigrant wordt een uitkering uit hoofde van de WAO/WIA meegerekend als bestanddeel van het brutoloon.

§10. Studenten die hun opleiding in Nederland hebben voltooid

10.1. Zoekjaar

Vreemdelingen die met goed gevolg een hogere beroepsopleiding of wetenschappelijke studie in Nederland hebben afgerond, krijgen de mogelijkheid om binnen maximaal ййn jaar (zoekperiode) na de datum van voltooiing van de studie of opleiding een functie als kennismigrant te vinden. Het gaat hier om vreemdelingen die op basis van een verblijfsvergunning onder de beperking ˜studie in Nederland hun studie hebben afgerond. Indien de vreemdeling gebruik wil maken van het zoekjaar, dient de vreemdeling een aanvraag tot wijziging van de beperking in (zie B15/10.2 en B15/10.3).

Indien de vreemdeling erin slaagt binnen de periode van ййn jaar na voltooiing van zijn opleiding of studie een baan als kennismigrant te vinden, de werkgever op grond van een ondertekende verklaring (zie bijlage 12a VV) is toegelaten tot de kennismigrantenregeling en de vreemdeling aan het looncriterium voldoet, kan de vreemdeling een aanvraag om wijziging van de beperking in ˜verblijf als kennismigrant indienen (zie B15/3 en verder).

Het zoekjaar geldt niet voor vreemdelingen die verblijf hebben voor studie aan voortgezet of beroepsonderwijs. Aan hen is verblijf toegestaan onder meer om een positieve bijdrage aan de ontwikkeling in het land van herkomst te kunnen leveren. Het bieden van een mogelijkheid om zich na beлindiging van de studie aan voortgezet en beroepsonderwijs op een functie als kennismigrant te oriлnteren, is niet in overeenstemming met de intentie van het toestaan van verblijf voor studie aan voortgezet of beroepsonderwijs.

10.2. Voorwaarden

De verblijfsvergunning kan op aanvraag worden verleend, indien:

a. de vreemdeling een door de hoger onderwijsinstelling gewaarmerkte kopie van het diploma overlegt waaruit blijkt dat en per wanneer hij de opleiding succesvol heeft afgerond;

b. zich geen van de algemene weigeringsgronden voordoen (zie B1/4).

In afwijking van B1/4.3 wordt de verblijfsvergunning ook verleend indien de vreemdeling niet (meer) beschikt over voldoende duurzame middelen van bestaan.

Als de vreemdeling gedurende het zoekjaar een beroep doet op de algemene middelen kan dit gevolgen hebben voor het verblijfsrecht.

Indien de vreemdeling gebruik wil maken van het zoekjaar, dient hij een aanvraag tot wijziging van de beperking in door middel van een aanvraagformulier (zie bijlage 13 VV) dat te verkrijgen is bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst. Deze aanvraag dient bij ййn van de loketten van de Immigratie- en Naturalisatiedienst te worden ingediend.

Gezinsleden

De algemene bepalingen van B1/4, B2/2, B2/4 en B2/5 zijn van toepassing, tenzij navolgend anders is bepaald.

Indien sprake is van eerste toelating geldt het algemene middelenvereiste (zie B1/4.3, B2/2.10, B2/4.11 en B2/5.10). Indien sprake is van voortgezet verblijf geldt het volgende. Als de aanvraag tot het verlengen van de geldigheidsduur van de verblijfsvergunning kan worden afgewezen, omdat het gezinslid bij wie de vreemdeling verblijft niet meer duurzaam en zelfstandig beschikt over voldoende middelen van bestaan, wordt bezien of de gevolgen voor de vreemdeling niet onevenredig zijn in verhouding tot de met het middelenvereiste te dienen doelen. Omtrent die afweging van belangen wordt verwezen naar B2/9.5.2.

10.3. Beperkingen, arbeidsmarktaantekeningen en voorschriften

Beperking

Indien aan de voorwaarden van het bepaalde in dit hoofdstuk wordt voldaan, wordt aan de vreemdeling op grond van artikel 3.4, derde lid, Vb een verblijfsvergunning verleend onder de beperking ˜verblijf gedurende zoekjaar afgestudeerde.

Arbeidsmarktaantekening

Op het verblijfsdocument wordt de aantekening geplaatst: ˜Arbeid vrij toegestaan; TWV niet vereist. Beroep op publieke middelen kan gevolgen hebben voor het verblijfsrecht.

Gezinsleden

De verblijfsvergunning aan echtgeno(o)t(e) of geregistreerd partner wordt verleend onder de beperking ˜verblijf bij echtgeno(o)t(e)/geregistreerd)partner/ouder (naam). Arbeid vrij toegestaan; TWV niet vereist. De verblijfsvergunning aan minderjarige kinderen wordt verleend onder de beperking ˜gezinshereniging bij (naam ouder(s)). Arbeid vrij toegestaan; TWV niet vereist.

Voorschriften

Aan de afgifte van de verblijfsvergunning wordt het voorschrift verbonden de verplichting voldoende verzekerd te zijn tegen ziektekosten met inbegrip van de kosten verbonden aan opname en verpleging in een sanatorium of een psychiatrische inrichting.

10.4. Verlenging en zoekperiode

De verblijfsvergunning onder de beperking ˜verblijf gedurende zoekperiode afgestudeerde is van tijdelijke aard en wordt verleend voor ten hoogste ййn jaar. De geldigheidsduur van de verblijfsvergunning kan derhalve niet worden verlengd.

§11. Regeling hoogopgeleiden

11.1. Zoekjaar

Vreemdelingen die in Nederland zijn afgestudeerd aan een geaccrediteerde opleiding, als opgenomen in het Centraal Register Opleidingen Hoger Onderwijs met een Master-graad alsmede vreemdelingen die in Nederland gepromoveerd zijn, krijgen binnen de regeling hoogopgeleiden de mogelijkheid om binnen maximaal ййn jaar (zoekjaar) een functie als kennismigrant te vinden of een innovatief bedrijf te starten.

Hetzelfde geldt voor vreemdelingen die zijn afgestudeerd met een Master-graad of gepromoveerd aan een opleiding die is opgenomen in de top-150 van de in 2007 gepubliceerde lijsten van de ˜Times Higher Education Supplementof de ˜Jiao Tong Shanghai University.

Daarnaast wordt de vreemdeling die om toelating vraagt in het kader van de regeling hoogopgeleiden getoetst aan de hand van een puntensysteem. Er wordt getoetst op opleiding, op leeftijd en op indicatoren voor het welslagen in Nederland. De vreemdeling dient minimaal 35 punten te halen in het puntensysteem om voor toelating in aanmerking te komen.

Voor de mvv-aanvraag in het kader van de regeling hoogopgeleiden wordt gestreefd naar afhandeling van de aanvraag binnen een termijn van vier weken na voldoening van de leges. Voor de aanvraag om een verblijfsvergunning zal afhandeling binnen zes weken worden na gestreefd.

Deze regeling wijkt op de volgende punten af van het beleid inzake het zoekjaar afgestudeerden (zie B15/10):

de vreemdeling die gebruik maakt van het zoekjaar afgestudeerde heeft alleen direct na voltooiing van de studie een jaar de mogelijkheid om arbeid als kennismigrant te zoeken, de hoogopgeleide heeft tot drie jaar na datum afstuderen of promoveren de mogelijkheid om gebruik te maken van het zoekjaar in het kader van de regeling hoogopgeleiden;

om in aanmerking te komen voor het zoekjaar afgestudeerde moet de vreemdeling een door de hoger onderwijsinstelling gewaarmerkte kopie van het diploma overleggen, de hoogopgeleide dient een schriftelijke diplomawaardering van Nuffic over te leggen;

de vreemdeling met de verblijfsvergunning onder de beperking ˜verblijf gedurende zoekjaar afgestudeerde en zijn in het kader van gezinshereniging toegelaten gezinsleden zijn vrij op de arbeidsmarkt, de hoogopgeleide en zijn gezinsleden hebben een TWV nodig;

gepromoveerden komen niet in aanmerking voor het zoekjaar afgestudeerde, maar wel voor het zoekjaar hoogopgeleide;

vreemdelingen die een Bachelors-graad hebben behaald komen wel in aanmerking voor het zoekjaar afgestudeerde, maar niet voor het zoekjaar hoogopgeleide;

voor het zoekjaar afgestudeerde wordt geen puntensysteem gehanteerd.

11.2. Voorwaarden

De verblijfsvergunning kan op aanvraag worden verleend, indien:

a. de vreemdeling niet reeds in het bezit is geweest van een verblijfsvergunning onder de beperking ˜zoekjaar afgestudeerde;

b. de vreemdeling een Master-graad heeft behaald of is gepromoveerd aan een geaccrediteerde opleiding, als opgenomen in het Centraal Register Opleidingen Hoger Onderwijs, of aan een buitenlandse opleiding die in de top-150 staat van de in 2007 gepubliceerde ˜Academic Ranking of World Universities gepubliceerd door de ˜Shanghai Jiao Tong university of in de in 2007 door de ˜Times Higher Education Supplement gepubliceerde ˜QS world universities ranking;

c. de vreemdeling op het moment van de aanvraag niet langer dan drie jaar is afgestudeerd of gepromoveerd;

d. de vreemdeling minimaal 35 punten heeft behaald in het puntensysteem;

e. zich geen van de algemene weigeringsgronden voordoen (zie B1/4).
In afwijking van B1/4.3 wordt de verblijfsvergunning ook verleend indien de vreemdeling niet (meer) beschikt over voldoende duurzame middelen van bestaan, mits geen beroep wordt gedaan op de publieke middelen.

Als de vreemdeling gedurende het zoekjaar hoogopgeleide een beroep doet op de algemene middelen kan dit gevolgen hebben voor het verblijfsrecht.

Ad a.

De vreemdeling die reeds een verblijfsvergunning onder de beperking ˜verblijf gedurende zoekjaar afgestudeerde heeft gehad, kan geen verblijfsvergunning meer krijgen onder de beperking ˜verblijf gedurende zoekjaar hoogopgeleide.

Ad b. Opleiding

De in Nederland afgestudeerde vreemdeling dient een geaccrediteerde opleiding, als opgenomen in het Centraal Register Opleidingen Hoger Onderwijs te hebben afgerond met een Master-graad of een Doctor-graad te hebben behaald.

Omdat nog niet alle studenten een geaccrediteerde opleiding met een Master-graad afronden, maar er ook nog studenten afstuderen aan een ongedeelde opleiding, wordt een getuigschrift van een geaccrediteerde ongedeelde opleiding in het wetenschappelijk onderwijs als bedoeld in artikel 18:15 WHW, gelijkgesteld met een Master-graad als hierbedoeld.

De in het buitenland afgestudeerde vreemdeling dient een opleiding te hebben afgerond met een Master-graad of een Doctor of Philosophy-graad of equivalent daarvan aan een onderwijsinstelling die voorkomt in de top-150 de in 2007 gepubliceerde lijsten van ˜Times Higher Education Supplement of ˜Jiao Tong Shanghai University. Deze lijsten zijn te vinden op de websites van ˜Top Universities en ˜Academic Ranking of World Universities.

De vreemdeling dient zelf zorg te dragen voor waardering van zijn diploma door de Nuffic. Hiertoe dient hij een gewaarmerkt kopie van zijn diploma en de bijbehorende cijferlijst, zonodig voorzien van een vertaling door een beлdigde vertaler voor waardering aan de Nuffic voor te leggen. De aanvraag dient te worden ingediend bij het Informatiecentrum Diplomawaardering. De Nuffic zal aan de hand van de gewaarmerkte kopieлn zomogelijk de authenticiteit van het diploma beoordelen. Betrokkene toont dit aan door overlegging van de schriftelijke diplomawaardering van Nuffic bij de aanvraag bij de IND.

Ad c.

De vreemdeling heeft tot drie jaar na datum afstuderen of promoveren de mogelijkheid van de regeling hoogopgeleiden gebruik te maken.

Ad d.

Puntensysteem

Onze Minister beoordeelt door middel van het puntensysteem of de vreemdeling in aanmerking komt voor het zoekjaar hoogopgeleiden.

In het puntensysteem kan de vreemdeling maximaal 40 punten behalen.

De vreemdeling heeft minimaal 35 punten nodig om voor verblijf in aanmerking te komen. De onderdelen waarvoor punten kunnen worden toegekend zijn:

1. opleiding;

2. leeftijd; en

3. indicatoren voor welslagen in Nederland.

Ad 1.

De afgestudeerde of gepromoveerde aan een Nederlandse hoger onderwijsinstelling of een buitenlandse topuniversiteit krijgt maximaal 30 punten.

Ad 2.

Hoe jonger een vreemdeling binnenkomt, hoe langer hij/zij een positieve bijdrage kan leveren aan de welvaartstaat. Een jongere leeftijd betekent doorgaans ook dat de vreemdeling zich snel aan Nederland zal kunnen aanpassen en gemakkelijker een baan zal kunnen vinden. De vreemdeling die tussen de 21 en 40 jaar is, scoort 5 extra punten.

Ad 3.

Hieronder wordt verstaan eerder verblijf in Nederland voor arbeid of studie, de Nederlandse of Engelse taal sprekend of opleiding voltooid aan een hoger onderwijsinstelling in een land aangesloten bij de Bologna-verklaring.

Een eerdere ervaring met Nederland of het spreken van de Nederlandse taal (Nederlands als tweede taal op niveau A2) of in elk geval de Engelse taal (op International English Language Testing System niveau 6) of een Bachelor-, Master-graad of een Doctor-graad, behaald aan een onderwijsinstelling in een land aangesloten bij de Bologna-verklaring kan rekenen op extra punten.

Bij de in 1999 ondertekende Bologna-verklaring hebben de aangesloten Europese landen zich gecommitteerd te komen tot een Europa-breed vergelijkbaar en uitwisselbaar onderwijssysteem. De aangesloten landen hebben hierin vast gelegd dat zij vууr 2010 het Bachelor-Master stelsel invoeren. De achterliggende gedachte is dat het hoger onderwijs op deze manier flexibeler, opener en aantrekkelijker wordt. Gelet hierop zal een vreemdeling die een opleiding heeft voltooid aan een hoger onderwijsinstelling in een land aangesloten bij de Bologna-verklaring gemakkelijker aansluiting vinden met de Nederlandse arbeidsmarkt.

Puntensysteem hoogopgeleiden:

Onderdelen

Punten

Bewijsstukken

Opleiding (max. 30 punten)

– Doctor-graad

30

Diploma/getuigschrift niet ouder dan drie jaar van geaccrediteerde opleiding aan een Nederlandse hoger onderwijsinstelling of van buitenlandse universiteit in top-150 ranglijst 2007 Times Higher Education Supplement of Jiao Tong Shanghai University

– Master

25

Leeftijd (max. 5 punten)

21–40 jaar

5

Geboorteakte

Indicatoren voor welslagen in Nederland (max. 5 punten)

– Voormalige werkgevers in Nederland (minimaal half jaar)

5

– Arbeidscontract of werkgeversverklaring

– In Nederland genoten studie (minimaal half jaar)

5

– Inschrijvingsbewijs of deelname certificaat

– Spreekt ˜Nederlands als Tweede Taal op A2 niveau

5

– Diploma

– Spreekt Engelse taal (International English Language Testing System niveau 6)

5

– Verklaring taalinstituut

– Bachelor, Master of Doctor -graad behaald aan opleiding in land aangesloten bij Bologna-verklaring

5

– Diploma

Max. aantal punten

40

Quotum

Om mogelijke excessieve gebruikmaking van de regeling hoogopgeleiden te kunnen bestrijden kan, na besluitvorming daarover onder verantwoordelijkheid van onze Minister en de Minister van SZW en OCW, besloten worden voor toelating in het kader van de regeling hoogopgeleiden een quotum in te stellen.

Bewijsstukken

De opsomming van de genoemde bewijsstukken is indicatief en niet uitputtend bedoeld.

Vreemdelingen die zijn afgestudeerd aan een hoger onderwijsinstelling gevestigd in een Engelstalig land, zullen geen verklaring van een taalinstituut hoeven te overleggen.

Gezinsleden

De algemene bepalingen van B1/4, B2/2, B2/4 en B2/5 zijn van toepassing, tenzij navolgend anders is bepaald.

Indien sprake is van eerste toelating geldt het algemene middelenvereiste (zie B1/4.3, B2/2.10, B2/4.11 en B2/5.10). Indien sprake is van voortgezet verblijf geldt het volgende. Als de aanvraag tot het verlengen van de geldigheidsduur van de verblijfsvergunning kan worden afgewezen, omdat het gezinslid bij wie de vreemdeling verblijft niet meer duurzaam en zelfstandig beschikt over voldoende middelen van bestaan, wordt bezien of de gevolgen voor de vreemdeling niet onevenredig zijn in verhouding tot de met het middelenvereiste te dienen doelen. Voor die afweging van belangen wordt verwezen naar B2/9.5.2.

11.3. Geldigheidsduur van de verblijfsvergunning

De verblijfsvergunning zoekjaar hoogopgeleide wordt verleend met ingang van de datum aanvraag van de verblijfsvergunning en wordt altijd, ongeacht de datum van afstuderen of promoveren, verleend voor de duur van ййn jaar.

11.4. Beperkingen, arbeidsmarktaantekeningen en voorschriften

Beperking

Indien aan de voorwaarden van het bepaalde in dit hoofdstuk wordt voldaan, wordt aan de vreemdeling op grond van artikel 3.4, derde lid, Vb een verblijfsvergunning verleend onder de beperking ˜verblijf gedurende zoekjaar hoogopgeleide.

Arbeidsmarktaantekening

Op het verblijfsdocument wordt de aantekening geplaatst: ˜Arbeid uitsluitend toegestaan indien werkgever beschikt over TWV.

˜Beroep op publieke middelen kan gevolgen hebben voor het verblijfsrecht.

Gezinsleden

De verblijfsvergunning aan echtgeno(o)t(e) of geregistreerd partner wordt verleend onder de beperking ˜verblijf bij echtgeno(o)t(e)/geregistreerd)partner/ouder (naam). Arbeid uitsluitend toegestaan indien werkgever beschikt over TWV. De verblijfsvergunning aan minderjarige kinderen wordt verleend onder de beperking ˜gezinshereniging bij (naam ouder(s)). Arbeid uitsluitend toegestaan indien werkgever beschikt over TWV.

Voorschriften

Aan de afgifte van de verblijfsvergunning wordt het voorschrift verbonden de verplichting voldoende verzekerd te zijn tegen ziektekosten met inbegrip van de kosten verbonden aan opname en verpleging in een sanatorium of een psychiatrische inrichting.

11.5. Verlenging en zoekperiode

De verblijfsvergunning onder de beperking ˜verblijf gedurende zoekperiode hoogopgeleide is van tijdelijke aard en wordt verleend voor ten hoogste ййn jaar. De geldigheidsduur van de verblijfsvergunning kan derhalve niet worden verlengd.

De geldigheidsduur van een TWV verleend in samenhang met een verblijfsvergunning in het kader van de regeling hoogopgeleiden zal gelet hierop in beginsel maximaal een jaar zijn. Aan een langere geldigheidsduur van de TWV kunnen geen verblijfsrechten worden ontleend.

Indien de vreemdeling erin slaagt binnen de periode van ййn jaar, na verlening van de verblijfsvergunning, een baan als kennismigrant te vinden bij een werkgever die op grond van een ondertekende verklaring (zie bijlage 12a VV) is toegelaten tot de kennismigrantenregeling en de vreemdeling aan het looncriterium voldoet, kan de vreemdeling een aanvraag om wijziging van de beperking van de verblijfsvergunning in ˜verblijf als kennismigrant indienen (zie B15/3 en verder). Voor de hoogopgeleiden wordt aangesloten bij het looncriterium voor in Nederland afgestudeerde vreemdelingen die in aansluiting op hun studie dan wel gedurende het zoekjaar, werk als kennismigrant vinden.

Indien de vreemdeling erin slaagt binnen de periode van ййn jaar een innovatief bedrijf te starten en daarmee voldoet aan de toelatingsvoorwaarden voor verblijf als zelfstandige (zie B5/7), kan de vreemdeling een aanvraag om wijziging van de beperking van de verblijfsvergunning in ˜verblijf voor arbeid als zelfstandige indienen.

Adres:
Hogehilweg 19
1101 CB Amsterdam
The Netherlands
Tel:
+31 (0) 203 697 652
Fax:
+31 (0) 453 700 324
Top